Welke financiering voorziet het IFG in het project #kiesvoordezorg?

3

Het IFG financiert de loonkost van de werknemer gedurende de volledige opleidingsduur.

Opleiding tot zorgkundige:

Barema code WIO

Schooljaar

Anciënniteit

Maximum loonsubsidie IFG

Cat 10

1ste

0

47.079,63

Cat 10

2de

1

48.227,85

Barema code WIO

Cat 10

Schooljaar

1ste

Anciënniteit

0

Maximum loonsubsidie IFG

47.079,63

Barema code WIO

Cat 10

Schooljaar

2de

Anciënniteit

1

Maximum loonsubsidie IFG

48.227,85

Opleiding tot verpleegkundige:

Barema code WIO

Schooljaar

Anciënniteit

Maximum loonsubsidie IFG

Cat 10

1ste

0

47.079,63

Cat 11

2de

1

49.955,66

Cat 11

3de

2

50.926,13

Cat 11

4de

4

51.841,29

Barema code WIO

Cat 10

Schooljaar

1ste

Anciënniteit

0

Maximum loonsubsidie IFG

47.079,63

Barema code WIO

Cat 11

Schooljaar

2de

Anciënniteit

1

Maximum loonsubsidie IFG

49.955,66

Barema code WIO

Cat 11

Schooljaar

3de

Anciënniteit

2

Maximum loonsubsidie IFG

50.926,13

Barema code WIO

Cat 11

Schooljaar

4de

Anciënniteit

4

Maximum loonsubsidie IFG

51.841,29

Volgende berekening werd gemaakt: het maandloon * 13,5 maand (vakantiegeld, …) + 33% patronale lasten. De maximale loonkost houdt rekening met de patronale lasten en de kosten van het vakantiegeld, de eindejaarspremie, …

De loonschalen volgen de indexevolutie.

Opgelet: afhankelijk van de verschillende interne voordelen die de werkgever aanbiedt, bijvoorbeeld hospitalisatieverzekering, maaltijdcheques, hogere verplaatsingskosten of andere uitzonderlijke factoren, is het mogelijk dat een deel van de jaarlijkse kosten in verband met de arbeidsovereenkomst van een werknemer in opleiding ten laste komt van de werkgever.

Deze door de werkgever gedragen kosten zijn uitzonderlijk en bedragen nooit meer dan het equivalent van een maandsalaris, behalve in bepaalde situaties zoals een ontslag tijdens de opleiding.

Om te vermijden dat deze kosten ten laste van de werkgever vallen, vragen wij het maximale jaarlijkse budget volgens de barema’s in bovenstaande tabel te respecteren en te vermijden dat werknemers in opleiding tijdens de zomer onregelmatige uren werken. Het IFG financiert bijvoorbeeld geen extra vergoeding voor nacht-, weekend- of feestdagen.

Het IFG financiert de forfaitaire studiebeurs die door de werkgever aan de werknemer in opleiding wordt betaald in het eerste jaar van de opleiding.

Let op!  Het gaat hier om ‘nieuwe’ werknemers die vooraf geselecteerd zijn door het IFG voor het project #kiesvoordezorg. Er moet dus geen ‘vervanger’ aangeworven worden zoals dit het geval is voor het ‘opleidingsproject voor verpleegkundigen (project 600)’ voor de eigen werknemers.

Elk trimester betaalt het IFG een voorschot aan de hand van de verkregen gegevens. De werknemer in opleiding moet een aantal documenten (inschrijvingsbewijs van de school, trimestrieel getuigschrift van nauwgezetheid en schoolresultaat) via mail bezorgen aan de werkgever en aan het IFG.

Jaarlijks wordt een afrekening opgesteld die rekening houdt met de reële loonkost van de werknemer. Om deze afrekening te kunnen opstellen, verstuurt het IFG een in te vullen prestatiestaat aan elke werkgever.

Integratie van het IFG in de DmfA-aangifte

Per kwartaal bezorgt elke werkgever via de DmfA-aangifte aan de RSZ de loon- en arbeidstijdsgegevens van zijn werknemers.  

Met betrekking tot de werknemers ten laste van het IFG worden een aantal bijkomende gegevens aangegeven in de DmfA.

Het IFG baseert zich uitsluitend op de prestatiegegevens ontvangen via de DmfA van de werknemers ten laste van het Fonds om de jaarlijkse afrekening op te maken. Dit op voorwaarde dat we beschikken over de arbeidsovereenkomsten (en de eventuele bijlagen aan de arbeidsovereenkomsten) van deze werknemers. Prestatiestaten zijn verleden tijd, de financiering wordt berekend op basis van de DmfA.

Hiervoor is het heel belangrijk dat het veld Qbis in de DmfA correct wordt ingevuld voor elke werknemer ten laste van het IFG. In dit veld Qbis moeten de uren per week ten laste van het Fonds opgenomen worden. Enkel zo kan een correcte financiering berekend worden en zal de werkgever een juiste afrekening ontvangen.

Bekijk ook de infofiche ‘Alles weten over Qbis’. 

Met welke DmfA gegevens gaat het IFG aan de slag?

Het IFG haalt voor de werknemers ten laste van het Fonds volgende gegevens op:

  • De voltijdse arbeidstijd in de instelling (S) 
  • De contractuele arbeidstijd (Q) 
  • De uren ten laste van het IFG (Qbis)
  • De prestaties en de gelijkgestelde prestaties
  • De loonkost en bijdrageverminderingen

Bekijk hoe de samenstelling van de prestaties en de loonkost in elkaar zit. 

Betalingswerkwijze IFG

Elk trimester betaalt het IFG een forfaitair voorschot aan de hand van de verkregen gegevens. De werknemer in opleiding moet een aantal documenten (inschrijvingsbewijs van de school, trimestrieel getuigschrift van nauwgezetheid en schoolresultaat) via mail bezorgen aan de werkgever en aan het IFG.
OPGELET: De voorschotten worden betaald op voorwaarde dat alle Qbis velden in de DmfA ingevuld zijn.

Jaarlijks wordt een afrekening opgesteld die rekening houdt met de reële loonkost van de werknemer. 

3

Welke financiering voorziet het IFG in het project #kiesvoordezorg?

Het IFG financiert de loonkost van de werknemer gedurende de volledige opleidingsduur.

Opleiding tot zorgkundige:

Barema code WIO

Schooljaar

Anciënniteit

Maximum loonsubsidie IFG

Cat 10

1ste

0

47.079,63

Cat 10

2de

1

48.227,85

Barema code WIO

Cat 10

Schooljaar

1ste

Anciënniteit

0

Maximum loonsubsidie IFG

47.079,63

Barema code WIO

Cat 10

Schooljaar

2de

Anciënniteit

1

Maximum loonsubsidie IFG

48.227,85

Opleiding tot verpleegkundige:

Barema code WIO

Schooljaar

Anciënniteit

Maximum loonsubsidie IFG

Cat 10

1ste

0

47.079,63

Cat 11

2de

1

49.955,66

Cat 11

3de

2

50.926,13

Cat 11

4de

4

51.841,29

Barema code WIO

Cat 10

Schooljaar

1ste

Anciënniteit

0

Maximum loonsubsidie IFG

47.079,63

Barema code WIO

Cat 11

Schooljaar

2de

Anciënniteit

1

Maximum loonsubsidie IFG

49.955,66

Barema code WIO

Cat 11

Schooljaar

3de

Anciënniteit

2

Maximum loonsubsidie IFG

50.926,13

Barema code WIO

Cat 11

Schooljaar

4de

Anciënniteit

4

Maximum loonsubsidie IFG

51.841,29

Volgende berekening werd gemaakt: het maandloon * 13,5 maand (vakantiegeld, …) + 33% patronale lasten. De maximale loonkost houdt rekening met de patronale lasten en de kosten van het vakantiegeld, de eindejaarspremie, …

De loonschalen volgen de indexevolutie.

Opgelet: afhankelijk van de verschillende interne voordelen die de werkgever aanbiedt, bijvoorbeeld hospitalisatieverzekering, maaltijdcheques, hogere verplaatsingskosten of andere uitzonderlijke factoren, is het mogelijk dat een deel van de jaarlijkse kosten in verband met de arbeidsovereenkomst van een werknemer in opleiding ten laste komt van de werkgever.

Deze door de werkgever gedragen kosten zijn uitzonderlijk en bedragen nooit meer dan het equivalent van een maandsalaris, behalve in bepaalde situaties zoals een ontslag tijdens de opleiding.

Om te vermijden dat deze kosten ten laste van de werkgever vallen, vragen wij het maximale jaarlijkse budget volgens de barema’s in bovenstaande tabel te respecteren en te vermijden dat werknemers in opleiding tijdens de zomer onregelmatige uren werken. Het IFG financiert bijvoorbeeld geen extra vergoeding voor nacht-, weekend- of feestdagen.

Het IFG financiert de forfaitaire studiebeurs die door de werkgever aan de werknemer in opleiding wordt betaald in het eerste jaar van de opleiding.

Let op!  Het gaat hier om ‘nieuwe’ werknemers die vooraf geselecteerd zijn door het IFG voor het project #kiesvoordezorg. Er moet dus geen ‘vervanger’ aangeworven worden zoals dit het geval is voor het ‘opleidingsproject voor verpleegkundigen (project 600)’ voor de eigen werknemers.

Elk trimester betaalt het IFG een voorschot aan de hand van de verkregen gegevens. De werknemer in opleiding moet een aantal documenten (inschrijvingsbewijs van de school, trimestrieel getuigschrift van nauwgezetheid en schoolresultaat) via mail bezorgen aan de werkgever en aan het IFG.

Jaarlijks wordt een afrekening opgesteld die rekening houdt met de reële loonkost van de werknemer. Om deze afrekening te kunnen opstellen, verstuurt het IFG een in te vullen prestatiestaat aan elke werkgever.

Integratie van het IFG in de DmfA-aangifte

Per kwartaal bezorgt elke werkgever via de DmfA-aangifte aan de RSZ de loon- en arbeidstijdsgegevens van zijn werknemers.  

Met betrekking tot de werknemers ten laste van het IFG worden een aantal bijkomende gegevens aangegeven in de DmfA.

Het IFG baseert zich uitsluitend op de prestatiegegevens ontvangen via de DmfA van de werknemers ten laste van het Fonds om de jaarlijkse afrekening op te maken. Dit op voorwaarde dat we beschikken over de arbeidsovereenkomsten (en de eventuele bijlagen aan de arbeidsovereenkomsten) van deze werknemers. Prestatiestaten zijn verleden tijd, de financiering wordt berekend op basis van de DmfA.

Hiervoor is het heel belangrijk dat het veld Qbis in de DmfA correct wordt ingevuld voor elke werknemer ten laste van het IFG. In dit veld Qbis moeten de uren per week ten laste van het Fonds opgenomen worden. Enkel zo kan een correcte financiering berekend worden en zal de werkgever een juiste afrekening ontvangen.

Bekijk ook de infofiche ‘Alles weten over Qbis’. 

Met welke DmfA gegevens gaat het IFG aan de slag?

Het IFG haalt voor de werknemers ten laste van het Fonds volgende gegevens op:

  • De voltijdse arbeidstijd in de instelling (S) 
  • De contractuele arbeidstijd (Q) 
  • De uren ten laste van het IFG (Qbis)
  • De prestaties en de gelijkgestelde prestaties
  • De loonkost en bijdrageverminderingen

Bekijk hoe de samenstelling van de prestaties en de loonkost in elkaar zit. 

Betalingswerkwijze IFG

Elk trimester betaalt het IFG een forfaitair voorschot aan de hand van de verkregen gegevens. De werknemer in opleiding moet een aantal documenten (inschrijvingsbewijs van de school, trimestrieel getuigschrift van nauwgezetheid en schoolresultaat) via mail bezorgen aan de werkgever en aan het IFG.
OPGELET: De voorschotten worden betaald op voorwaarde dat alle Qbis velden in de DmfA ingevuld zijn.

Jaarlijks wordt een afrekening opgesteld die rekening houdt met de reële loonkost van de werknemer.